Efteling ziet plotseling de noodzaak van infill-attracties: 'Chronisch tekort'
In dit artikel:
De Efteling heeft jaren infill‑attracties — kleinere, minder kostbare ritjes die een bestaand themagebied aanvullen — bewust gemeden, maar draait die koers om. Voor 2026 staan vier van zulke toevoegingen gepland: drie vrijevaltorens voor kinderen bij Baron 1898 en een molen‑achtige attractie voor thrillseekers bij Raveleijn. De verandering vloeit voort uit een nieuwe gebiedsstrategie: niet langer losse blikvangers neerzetten, maar volledige, immersieve themawerelden uitbouwen waarbij een grote trekker wordt aangevuld met horeca, entertainment, souvenirs en één of meer kleinere attracties.
Volgens een Efteling‑woordvoerder dienen infills zowel om capaciteit uit te breiden als om thematiek te verdiepen; ze moeten naadloos in het omliggende gebied opgaan. Vakgenoten en fans reageren overwegend positief. Pretparkkenner Erwin Taets en podcasters/vloggers als Tim Hinssen en Niels Kooyman noemen infills nuttig om bezoekersstromen te spreiden, wachttijden bij hoofdattraties te verminderen en het park aantrekkelijker te maken voor meerdaagse bezoekers. De lage ruimte‑ en personeelsbehoefte van infills maakt ze bovendien aantrekkelijk binnen de ruimtelijke restrictie waar de Efteling aan vastzit: maximaal 11 procent bebouwing.
Praktische voordelen zijn duidelijk: infills kunnen constante bezoekersstromen creëren in gebieden die nu soms leeg blijven — zoals rond de Raveleijn‑arena, waar grote shows veel capaciteit vereisen maar het omliggende horecagebied vaak onbenut blijft. Kleinere attracties fungeren als “warmhoudbakken” die gasten aantrekken zonder de investering en operationele last van een grote, bemande publiekstrekker.
Tegelijkertijd klinken kanttekeningen. Experts waarschuwen dat de kwaliteit van thematiek en storytelling bepalend is voor het succes; een eenvoudige rit moet wel de typische Efteling‑sfeer krijgen om waarde toe te voegen. Ook is er zorg dat de parkidentiteit — het groene landschapskarakter — behouden blijft: tussen themagebieden moeten groene buffers blijven. Daarnaast missen liefhebbers echte nieuwigheid: sinds Baron 1898 zijn veel projecten voortbordurend op bestaande mythologieën (Pardoes e.d.), en sommigen hopen op weer een volledig nieuwe wereld en personages.
Er wordt al gespeculeerd over mogelijke locaties voor toekomstige infills: Hartenhof naast Symbolica, zones rond het Volk van Laaf, speelbos Nest of het Eiland van de Vijf Zintuigen. De Efteling werkt ook aan een grote renovatie van Fata Morgana, waarbij een nieuwe kleinere attractie goed in het totaalplaatje zou kunnen passen. Kritiekpunt blijft dat infills geen vervanging mogen zijn voor echte vernieuwing, maar parkkenners concluderen dat ze een slimme, ruimtelijk efficiënte manier zijn om aanbod en capaciteit te vergroten — mits ze kwalitatief en thematisch overtuigend worden uitgevoerd.